Multiperspectivisch kijken
Theorie:
Het multiperspectivisch kijken houdt in dat je verschijnselen vanuit verschillende invalshoeken bekijkt en benadert (Verheij, 2002). De kinderen leren zich onder andere op deze manier oriënteren in de wereld, de gebeurtenissen worden grijpbaar en eenvoudiger gemaakt.
Er zijn zes verschillende manieren om multiperspectivisch te kijken naar een verschijnsel:
1. Economisch; Hoe houden mensen zich in leven en waar bestaan ze van? Wat verdienen ze en waar geven ze het aan uit?
2. Sociaal; hoe leven mensen met elkaar samen en hoe gaan ze met elkaar om?
3. Politiek; Hoe is de macht verdeeld en hoe gaan de mensen om met macht en machteloosheid, bestuur, regels, geboden en verboden.
4. Cultureel; Hoe geven de mensen zin aan hun leven?
5. Individueel; Hoe uiten mensen zich? Hoe zorgen ze voor hun gezondheid en veiligheid?
6.Natuurlijk: Hoe ziet de natuur eruit? Hoe gaan de mensen daarmee om?
(Verheij, 2002).
Praktijk: (foto --> onderzoeksvraag).
Tijdens het maken en bedenken van goede onderzoeksvragen, wordt er gebruik gemaakt van de zes invalshoeken van het multiperspectivisch kijken. De leerkracht heeft de zes invalshoeken op het bord gezet. Op deze manier krijgt ieder groepje een ander deelonderwerp en kunnen ze aan de slag met het maken van onderzoeksvragen. Ook hierbij kunnen ze gebruik maken van de invalshoeken. Door het multiperspectivisch kijken leren de leerlingen op verschillende manieren naar het land Zuid-Afrika te kijken. Ook geeft de leerkracht verschillende lessen, bijv. over de geschiedenis, aardrijkskunde en natuur van het land. De leerlingen zullen de presentaties met daarin verworven onderzoeksvragen aan elkaar presenteren, zodat iedere leerling in aanraking komt met de verschillende invalshoeken. Ze vormen op deze manier in verschillende invalshoeken een beeld over het land Zuid-Afrika.
Theorie:
Het multiperspectivisch kijken houdt in dat je verschijnselen vanuit verschillende invalshoeken bekijkt en benadert (Verheij, 2002). De kinderen leren zich onder andere op deze manier oriënteren in de wereld, de gebeurtenissen worden grijpbaar en eenvoudiger gemaakt.
Er zijn zes verschillende manieren om multiperspectivisch te kijken naar een verschijnsel:
1. Economisch; Hoe houden mensen zich in leven en waar bestaan ze van? Wat verdienen ze en waar geven ze het aan uit?
2. Sociaal; hoe leven mensen met elkaar samen en hoe gaan ze met elkaar om?
3. Politiek; Hoe is de macht verdeeld en hoe gaan de mensen om met macht en machteloosheid, bestuur, regels, geboden en verboden.
4. Cultureel; Hoe geven de mensen zin aan hun leven?
5. Individueel; Hoe uiten mensen zich? Hoe zorgen ze voor hun gezondheid en veiligheid?
6.Natuurlijk: Hoe ziet de natuur eruit? Hoe gaan de mensen daarmee om?
(Verheij, 2002).
Praktijk: (foto --> onderzoeksvraag).
Tijdens het maken en bedenken van goede onderzoeksvragen, wordt er gebruik gemaakt van de zes invalshoeken van het multiperspectivisch kijken. De leerkracht heeft de zes invalshoeken op het bord gezet. Op deze manier krijgt ieder groepje een ander deelonderwerp en kunnen ze aan de slag met het maken van onderzoeksvragen. Ook hierbij kunnen ze gebruik maken van de invalshoeken. Door het multiperspectivisch kijken leren de leerlingen op verschillende manieren naar het land Zuid-Afrika te kijken. Ook geeft de leerkracht verschillende lessen, bijv. over de geschiedenis, aardrijkskunde en natuur van het land. De leerlingen zullen de presentaties met daarin verworven onderzoeksvragen aan elkaar presenteren, zodat iedere leerling in aanraking komt met de verschillende invalshoeken. Ze vormen op deze manier in verschillende invalshoeken een beeld over het land Zuid-Afrika.